Bedrijfsleiders in vizier van fiscus voor betaling van de bedrijfsvoorheffing
Werkgevers die de ingehouden bedrijfsvoorheffing niet tijdig doorstorten, riskeren een boete. Uit controles door de FOD Financiën blijkt dat sommige ondernemingen echter geen of gedeeltelijke bedrijfsvoorheffing storten voor de bezoldigingen die zij uitbetalen aan hun bedrijfsleiders. Die ondernemingen krijgen nog tot eind 2013 om hun situatie te regulariseren. Vanaf het eerste trimester van 2014 zal de fiscus gerichte controles starten naar niet-gestorte bedrijfsvoorheffing en zal ze de in de wetgeving voorziene sancties toepassen!
Werkgevers die een loon uitbetalen aan hun bedrijfsleider, moeten hierop bedrijfsvoorheffing inhouden en die bedrijfsvoorheffing doorstorten aan de Schatkist. Een kort overzicht van de wettelijke regels.
Bedrijfsleider-natuurlijk persoon
De bedrijfsvoorheffing voor bezoldigingen aan natuurlijke personen die de functie van bedrijfsleider uitoefenen, moet worden betaald binnen de 15 dagen na het verstrijken van de maand waarin de inkomsten werden betaald of toegekend. Bijvoorbeeld de bedrijfsvoorheffing van de maand augustus (over de lonen van augustus), moet tegen 15 september worden betaald. Het feit dat de bedrijfsleider voorafbetalingen doet, ontslaat de onderneming niet van die verplichting. Ondernemingen die kwartaalaangiftes indienen, moeten de bedrijfsvoorheffing 15 dagen na het aflopen van het kwartaal betalen.
Die bezoldigingen moeten bovendien op een fiche 281.20 worden vermeld voor het jaar waarin de uitbetaling of toekenning gebeurde. Die fiche moet u via Belcotax on web indienen vóór 1 maart van het jaar na het jaar van de toekenning of uitbetaling.
Ter herinnering. De sommen die de algemene vergadering bij de verdeling van de winst aan bedrijfsleiders toekent (tantièmes), worden beschouwd als betaald of toegekend op de datum waarop de bedrijfsleider effectief over het geld kan beschikken. Voor die sommen moet de bedrijfsvoorheffing worden gestort binnen de 15 dagen na het einde van de maand waarin die ter beschikking stelling plaatsvindt. Ook hier moet een fiche 281.20 worden opgemaakt (voor het jaar waarin de ter beschikking stelling gebeurt, en dus niet voor het boekjaar waarop het resultaat betrekking heeft).
Bedrijfsleider-rechtspersoon
Voor belastbare vergoedingen toegekend aan Belgische rechtspersonen die een functie als bedrijfsleider uitoefenen moet de onderneming, bij gebrek aan een factuur, een fiche 281.50 (commissies, makelaarslonen, vacatiegelden, ...) opmaken. De inkomsten van de rechtspersoon worden beschouwd als winsten van de onderneming en niet als bezoldigingen van een bedrijfsleider. Er moet dan geen bedrijfsvoorheffing worden gestort.
Voor belastbare vergoedingen toegekend aan een buitenlandse rechtspersoon die een functie als bedrijfsleider uitoefent in een Belgische vennootschap, moet de onderneming een fiche 281.30 (presentiegelden, ...) opmaken. Voor die inkomsten moet wel bedrijfsvoorheffing worden gestort. Dit zal in principe worden geregeld door een dubbelbelastingverdrag.
Wettelijke nalatigheidsinteresten en administratieve boeten
Als u de bedrijfsvoorheffing op bezoldigingen niet tijdig betaalt, kan u een administratieve boete krijgen gelijk aan 10% van de niet-betaalde som met een maximum van 1.250 euro, per periode van bedrijfsvoorheffing. Daarnaast zijn er ook nog nalatigheidsinteresten van toepassing. Die bedragen 7% op jaarbasis.
Wie geen bedrijfsvoorheffing stort voor de bezoldigingen die zij uitbetalen aan hun bedrijfsleiders, is dus gewaarschuwd. U heeft nog tijd tot eind dit jaar om de ontbrekende bedrijfsvoorheffing te storten. Vanaf het eerste trimester van 2014 zal de fiscus systematisch optreden tegen overtreders.
| 17.12.2020:
Consumptiecheques: een cadeau met vraagtekens
Met de zogenaamde Corona II–wet voerde de regering de zogenaamde consumptiecheque in. Een niet-belastbaar voordeel voor werknemers maar wel met heel wat beperkingen en voorwaarden.
Lees meer
| 14.12.2020:
De bedrijfsfietsen worden niet gebruikt… hoe zit dat fiscaal en sociaal?
Enkele jaren geleden besliste de wetgever om het gebruik van de fiets voor woon-werkverkeer aan te moedigen. Wie met zijn eigen fiets naar het werk pendelt, kan van een belastingvrije vergoeding genieten en het voordeel verbonden aan de bedrijfsfiets wordt zo min mogelijk belast. Maar door corona moeten de werknemers niet naar kantoor. Heeft dat een impact?
Lees meer
| 08.12.2020:
Fiscale gevolgen voor zelfstandigen van uitstel van betaling van sociale bijdragen
De vorige regering besliste om zelfstandigen uitstel van betaling te verlenen voor de betaling van hun sociale bijdragen. Maar wat is de impact daarvan op de fiscale aftrekbaarheid van die bijdragen?
Lees meer