Investeren in kmos: dividenden toch aan 15 %
Het algemene tarief van de roerende voorheffing bedraagt 25 %. Hoewel het de bedoeling van de regering is om dat tarief op alle roerende inkomsten toe te passen, blijven er afwijkingen voorkomen. Meer zelfs, om investeringen in kmos te promoten, werd een nieuwe uitzondering ingevoerd. Als u investeert in kmos, betaalt u op de uitgekeerde dividenden slechts 20 of 15 % naar gelang het moment van de uitkering. Dit nieuwe regime geldt voor dividenden op aandelen die zijn uitgegeven naar aanleiding van een kapitaalverhoging of oprichting vanaf 1 juli 2013.
Voorwaarden
De onderneming waarin u investeert (door oprichting of kapitaalverhoging) moet een kmo zijn op het moment van de inbreng. Er moet minimaal een kapitaal van 18.550 EUR worden gevormd.
De inbreng mag niet in natura zijn, maar moet in geld volstort worden. Het geld van de inbreng mag niet afkomstig zijn van uitgekeerde belaste reserves die nu dankzij het overgangsregime (van de liquidatieboni) tijdelijk aan 10 % in belastingvrij kapitaal kunnen worden omgezet.
In ruil voor de inbreng moeten er aandelen worden uitgereikt, die
niet preferent zijn;
ononderbroken in volle eigendom moeten worden gehouden van het moment van de inbreng tot het tijdstip waarop de dividenden uitgekeerd worden. Hierop bestaan enkele uitzonderingen, bv. voor belastingneutrale reorganisaties en bepaalde familiale planningstechnieken (schenking van aandelen aan de kinderen of echtgenote).
Tarief hangt af van moment van uitkering
Het toepasselijke tarief wordt bepaald door het moment van de uitkering: dividenden toegekend in het tweede boekjaar na de kapitaalinjectie (20 % RV); dividenden uitgekeerd vanaf het derde boekjaar na de inbreng (15 % RV).
Antimisbruikbepaling: geen kapitaalvermindering gevolgd door een kapitaalverhoging
Kapitaalverhogingen tellen niet mee voor zover (1) ze worden voorafgegaan door een kapitaalvermindering die heeft plaatsgevonden sinds 1 mei 2013 of (2) gefinancierd worden door kapitaalverminderingen van verbonden vennootschapen vanaf 1 mei 2013.
Daarnaast kan de fiscus ook steeds een beroep doen op de algemene antimisbruikbepaling van artikel 344 §1 WIB92. Als u een constructie opzet die de administratie als 'fiscaal misbruik' kan kwalificeren en u geen niet-fiscale motieven heeft voor deze verrichting: bv. u doet een inbreng in geld in uw kmo en onmiddellijk daarna verkoopt u een onroerend goed aan uw onderneming, i.p.v. onmiddellijk een inbreng in natura te doen.
| 27.01.2022:
Minder Vlaamse successierechten op vriendenerfenis
Vlaanderen voerde midden 2021 de vriendenerfenis in. Die techniek laat u toe om aan niet-familieleden of ‘verre’ familieleden een deel van uw nalatenschap over te maken zonder dat de fiscus het grootste deel inpikt.
Lees meer
| 21.01.2022:
Wonen op kosten van de vennootschap… Soms wel, soms niet
De rechtspraak is niet eenduidig: als een vennootschap een woning in eigendom heeft, en deze woning enkel of vooral dient voor de huisvesting van de zaakvoerder, zijn de kosten verbonden aan die woning dan aftrekbaar? De rechtbank van Gent vond onlangs van niet, maar het hof van beroep van Gent vond op bijna hetzelfde moment van wel.
Lees meer
| 18.01.2022:
Liquidatiereserve en vennootschap-aandeelhouder
De liquidatiereserve laat een ondernemer die zich in een vennootschapsvorm organiseert, toe om een spaarpotje op te bouwen dat bij stopzetting van de vennootschap belastingvrij kan uitgekeerd worden. Maar die belastingvrijstelling geldt niet voor de aandeelhouders die zelf de vorm van een vennootschap hebben. Een oplossing biedt zich aan.
Lees meer