Hoofdelijke aansprakelijkheid voor schulden van uw aannemer

Als u beroep doet op een aannemer, loopt u het risico dat u mee aangesproken wordt voor zijn sociale en fiscale schulden. Deze regeling is op zich niet nieuw. Er werden recent echter wel wijzigingen aan aangebracht. Vanaf nu bent u ook mee aansprakelijk voor de loonschulden van uw aannemer. De aannemers zelf worden dan weer aansprakelijk voor de fiscale en sociale schulden van hun onderaannemers. We leggen uit hoe dat nu precies zit.

Hoofdelijk aansprakelijk

U kan hoofdelijk aansprakelijk gesteld worden voor de schulden van uw aannemer. Wil dat zeggen dat u sowieso door al zijn schuldeisers kan aangesproken worden? Neen, dat gelukkig niet. In de eerste plaats gaat het enkel over specifieke schuldeisers: de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) en de fiscus. Bovendien bent u niet de eerste die wordt aangesproken. Enkel als uw aannemer niet betaalt, kunnen de fiscus en de RSZ bij u komen aankloppen.  U kan achteraf natuurlijk wel de aannemer aanspreken, omdat u zijn schulden heeft betaald.

Hoe kan u daar als opdrachtgever aan ontsnappen? U kan controleren of uw aannemer sociale en/of fiscale schulden heeft in een publiek toegankelijke databank (www.socialsecurity.be). Als uw aannemer op het moment van de betaling schulden blijkt te hebben, moet u 15 % inhouden voor de fiscale schulden en 35 % voor de sociale schulden. Die betaalt u dan niet aan de aannemer, maar stort u door aan de fiscus en/of de RSZ.

De hierboven beschreven regeling geldt enkel voor ondernemers en rechtspersonen. Als u louter als particuliere opdrachtgever (natuurlijk persoon) optreedt en de werken in de privésfeer gebeuren, zal u niet voor de fiscale en sociale schulden van uw aannemer aansprakelijk zijn. Als u in uw privéwoonst werken laat uitvoeren, maar uw (patrimonium)vennootschap treedt op als opdrachtgever, is de regeling wel van toepassing.

Mogelijke uitbreiding naar andere sectoren

De hoofdelijke aansprakelijkheid voor schulden van aannemers werd ingevoerd in de strijd tegen malafide ondernemingen in de bouwsector.

Er bestaan echter nog andere 'risicosectoren'. Daarom werd de mogelijkheid voorzien om het systeem ook uit te breiden naar de vleessector, de horeca en de bewakingsdiensten.

Nu ook voor 'loonschulden'

De aansprakelijkheid zal vanaf 2013 uitgebreid worden naar de 'loonschulden' van de aannemer, daarnaast zouden ook de schoonmaak- en transportsector onder de regeling gaan vallen. Het is nog wel wachten op de Koninklijke Besluiten die de precieze uitvoeringsregels bevatten (o.a.  op welke activiteiten en sectoren de regeling van toepassing zal zijn).

U zal dus als opdrachtgever aangesproken kunnen worden, wanneer de aannemer op zwaarwichtige wijze tekortschiet in zijn verplichting om zijn personeel tijdig en correct uit te betalen. Het moet gaan om:

een tekortkoming: als de aannemer een loon betaalt dat lager is dan het sectorale loonbarema voorziet of als er achterstallen bestaan;

die zwaarwichtig is: de inspectiediensten hebben een zekere appreciatieruimte bij het beoordelen of de tekortkoming voldoende doorweegt om de opdrachtgever hoofdelijk aansprakelijk te stellen.

De inspectiedienst stuurt u een kennisgeving. Veertien dagen na het verzenden van deze kennisgeving vangt de periode van hoofdelijke aansprakelijkheid aan. Die periode duurt maximaal één jaar.  U kan enkel aangesproken worden voor de loonschulden die opeisbaar zijn geworden tijdens de periode van hoofdelijke aansprakelijkheid. Als u een aanmaning krijgt van de inspectie of van de betrokken werknemer, moet u binnen de vijf werkdagen het verschuldigde loon storten en de verschuldigde RSZ-bijdragen betalen.

U bent evenwel niet voor alle loonschulden van de aannemer aansprakelijk.  De volgende schulden moet u niet betalen:

loonachterstallen die dateren van vóór deze periode;

vergoedingen waarop het personeelslid recht heeft omwille van de beëindiging van het arbeidscontract.

Ook deze regeling geldt niet voor een particulier die in de privésfeer werken laat uitvoeren.

Aannemers en onderaannemers

Vroeger was u als opdrachtgever of aannemer enkel aansprakelijk voor uw medecontractant, met andere woorden de volgende onderaannemer in de keten (en niet de verdere onderaannemers).  Voor aannemers en onderaannemers wordt nu een bijkomende subsidiaire hoofdelijke aansprakelijkheid ingevoerd: als de hoofdelijk aansprakelijke persoon ook niet betaalt, dan kan er weer iemand anders in de keten daarvoor aansprakelijk gesteld worden.  Zelfs als u de correcte 15 % of 35 % hebt ingehouden, blijft u subsidiair hoofdelijk aansprakelijk.

Voorbeeld

Stel een keten van (onder)aannemers gaande van A (de hoofdaannemer) over B en C tot D. Deze laatste heeft sociale en fiscale schulden die hij niet betaalt.  Maar ook zijn medecontractant C (die als eerste wordt aangesproken) betaalt D's schulden niet. Dus wordt er gekeken naar B. Als ook B niet betaalt, zullen de fiscus en de RSZ het geld uiteindelijk bij hoofdaannemer A komen halen. A betaalt dus de schulden van onderaannemer D, die veel verder in de keten staat. (In het oude systeem kon A enkel aangesproken worden als B zijn fiscale schulden niet betaalde).

Stel dat B ook fiscale schulden heeft. A heeft echter zoals de wet voorziet, 15 % en 35 % ingehouden en doorgestort naar fiscus en RSZ. A zal dan niet aangesproken worden voor de schulden van B.  Maar als C en B nalaten de schulden van D te betalen, kan A ondanks zijn voorzorgen toch opdraaien voor de fiscale en sociale schulden van D.

U moet zich als opdrachtgever evenwel geen zorgen maken. U zal niet aansprakelijk gesteld worden voor de schulden van de onderaannemers van uw aannemer.

BCD bvba

Ringlaan 34 bus 0001
1745 Opwijk
t. 052 35 70 09
f. 052 35 93 54
e-mail: info@bcdbvba.be
EVA online software

Openingsuren kantoor

Maandag tot en met vrijdag : van 08.30 uur tot en met 17.00 uur. Er kan steeds een afspraak gemaakt worden buiten de kantooruren.

Woensdag werken we met gesloten deuren

IPCF - BIBF